Het plaatsen van wandtegels vereist geen speciale vaardigheden: het volstaat om ijverig te werken. Het geheim van succesvol tegelen ligt vooral in de juiste voorbereiding van het te betegelen oppervlak.
Voorbereiding van het te betegelen oppervlak
De lay-out is een fundamentele stap. Hiermee kunt u het aantal tegels bepalen dat nodig is om het hele oppervlak te bedekken en de legrichting bepalen. De muur moet stevig, droog en perfect vlak zijn. Schuur eventuele ruwe randen en vul eventuele gaten en scheuren op met de pleister. Als u uw tegel op een zuigende ondergrond legt, zoals hout of gips, breng dan vooraf een fixeerlaag aan. Zijn de tegels bedoeld om in een douche of in een vochtige ruimte te worden gelegd? Breng een onderlaag aan die de tegel tegen vocht beschermt.
De schoenplaatjes bevestigen
Bevestig vervolgens schoenplaatjes aan de muur om de plaatsing van de verschillende tegels te begeleiden. Begin met het tekenen van een horizontale lijn langs de vloer: de hoogte moet overeenkomen met die van een tegel, waaraan u een voeg toevoegt. Schroef de schoenplaat aan de muur en controleer met een waterpas of deze correct is geplaatst. Teken een tweede verticale lijn en laat dezelfde ruimte over. Schroef de tweede schoenplaat vast: de twee stokjes moeten een hoek van 90° vormen.
muurtegel
Begin met leggen op de kruising van de twee schoenplaatjes. Gebruik pastalijm of dunne mortel. Breng het product met een spatel in een dunne en gelijkmatige laag aan op het te betegelen oppervlak. Druk op de tegel om de hechting te bevorderen. Bevestig een kruis op elke hoek van de tegel. U zult ongetwijfeld moeten bezuinigen. Gebruik hiervoor een gatenzaag, een draadzaag of een papegaaienbek. Werk tot slot af met de pakkingen, die de openingen opvullen voor een perfecte afdichting. Ze zijn gemaakt met speciale tegelvoegmortel. Breng het product aan met een troffel, op en neer bewegend en vervolgens zijwaarts. Als alles droog is, maak je de tegels schoon met een vochtige spons.