Voortbouwen op een archeologisch gebied

Inhoudsopgave:

Anonim

Jij wordt de eigenaar van deze ontdekkingen.

Het komt wel eens voor dat we tijdens het werk oude overblijfselen op ons land ontdekken. Wat u moet weten als u wordt geconfronteerd met een ontdekking.

Een potentieel archeologische vindplaats

Als u denkt dat de grond die u hebt gekocht of gaat verwerven historische overblijfselen bevat, raadpleeg dan eerst de nationale archeologische kaart bij de regionale archeologische diensten van de Regionale Directie Culturele Zaken (DRAC), of de gemeentelijke archeologische bestemmingsplankaart in het gemeentehuis van de betreffende gemeente. Meestal worden deze kaarten geïntegreerd in het Plaatselijk Stedenbouwkundig Plan (PLU) van de stad. Wanneer een bouwvergunning wordt ingediend in een archeologisch gebied, wordt de prefect soms systematisch doorverwezen.

Wie is de eigenaar van de overblijfselen die op mijn land zijn gevonden?

Als je tijdens de bouw archeologische overblijfselen vindt, zoals oude muren of mozaïekresten, of zelfs voorwerpen zoals glaswerk of munten, word je wat wordt genoemd "de uitvinder". Maar als het het bouwbedrijf is dat de leiding heeft over het werk dat deze ontdekking doet, is het de uitvinder. De vondsten zijn dan echter zowel van deze uitvinder als van jezelf, nadat je ze samen op het gemeentehuis hebt aangegeven.

Wat te doen na het ontdekken van overblijfselen?

Allereerst stop je het werk en ga je het gemeentehuis op de hoogte brengen van je ontdekking. De Regionale Archeologische Dienst (SRA) komt dan naar uw eigendom om het archeologische belang te beoordelen van wat u heeft gevonden. Vervolgens beslist hij over de te nemen maatregelen om het terrein eventueel te beveiligen of verder te verkennen. Als je een grote ontdekking hebt gedaan, wat zeldzaam is, laten we eerlijk zijn, kan de regionale prefect je dwingen je werk enkele maanden op te schorten.

Wie bewaart de stoffelijke resten?

Voor bouwresten kan het Ministerie van Cultuur u definitieve maatregelen opleggen om deze te behouden. Voor objecten kunnen deze gedurende meerdere jaren (maximaal vijf jaar) onderwerp van wetenschappelijke studie zijn. Je zult ze dan verzamelen en bezitten. De Staat heeft echter het recht om ze terug te vorderen, mits betaling van een tussen u vastgestelde vergoeding of met de hulp van een deskundige.

Het geval van preventieve archeologie

Voor aanvang van een grote bouw- of ontwikkellocatie schrijft de regioprefect soms een archeologische diagnose voor aan INRAP, om te voorkomen dat de site tijdens de werkzaamheden wordt onderbroken. Als de uitgevoerde veldonderzoeken geen interessante historische sporen aan het licht brengen, kan de bouw (bijvoorbeeld van een woonwijk) beginnen. Anders kan de Staat opgravingen en de wijziging van het project van de promotor of de ontwikkelaar opleggen. De overblijfselen kunnen vervolgens worden geïntegreerd in het project.